Grutto

De grutto is een grote slanke steltloper met lange poten. Je ziet ze bij ondiepe plassen en drassige weilanden. Met zijn lange rechte snavel haalt hij insecten uit de bodem, dicht bij de oppervlakte. Bij de lage waterstand voor intensieve melkveehouderij zakt het voedsel dieper en komt de grutto er niet meer bij. De grutto was in ons land een algemene weidevogel, maar nu gaat het slecht; elk jaar zijn er minder grutto’s en staan ze op de Rode Lijst van Nederlandse broedvogels.

Het mannetje heeft een meer steenrode kleur dan het vrouwtje. In de winter is de grutto bruingrijs van kleur. Grutto’s zijn trekvogels en keren rond februari terug om te broeden in onze weilanden. Vaak zijn grutto’s dan te zien op een paaltje, wakend over hun goed verstopte nest in het gras.

Lees ook het stuk over de grutto van Theunis Piersma, hoogleraar Trekvogelecologie aan de Rijksuniversiteit Groningen en is als waddenbioloog verbonden aan het Koninklijk NIOZ op Texel.

Meestgehoorde roep, luid en helder:

’gruttooo, gruttooo’

  weidevogeltellingen